Mogelijke signalen zijn:
- (passief)verzet, boycot van de setting
- zelfvernedering, zelfmoordgedachten
- humeurigheid
- negatieve gevoelens, boosheid, frustratie uiten
- overgevoeligheid voor suggestie of kritiek
- niet of slecht luisteren
- snel afgeleid zijn
- moeizame communicatie
- druk gedrag, agitatie, meer tics en motorische onrust
- erg in rituelen vallen of dwangmatig handelingen uitvoeren
- in handen bijten
- vuisten ballen
- strakke blik
- neusvleugels uitzetten en snel en oppervlakkig ademen
- van kleur veranderen in gezicht of nek (rood of bleek worden)
- een zichtbaar kloppende ader op het voorhoofd of in de nek omdat het bloed, sneller door het lichaam stroomt
- verstrakking van mond of kaak of opeengeklemde tanden
- fronsen
- over-assertiviteit (opkomen voor jezelf zonder respect voor de ander)
- harde taal, provocatie en stemverheffing of –verandering
- grenzen opzoeken
- zelf agressie aankondigen
- (eigen) materiaal of werkstukje kapotmaken
- drank- en drugsgebruik
- wapenbezit
Deze signalen verschillen van persoon tot persoon. Hoe beter je de persoon kent, hoe beter en hoe sneller je signalen opvangt en kunt reageren.