Wanneer
Enkele dagen na het incident.
Voorwaarde
De relatie tussen jou en de ander is (weer) normaal.
Hoe
Stap 1: Ga samen na hoe en wanneer de persoon de woede voelde opkomen
Vergelijk met andere momenten. Wat zijn typische:
- situaties? Bijvoorbeeld: moeten wachten, iets niet kunnen of mogen, niet gehoord worden, iemand die ongevraagd aan mijn spullen zit, iemand die zich niet aan de regel of afspraak houdt, iemand die zich ongevraagd bemoeit, als ik beledigd, gekleineerd of belachelijk gemaakt word, iemand die me pijn doet, als iemand zich dominant gedraagt naar mij toe, te veel lawaai en prikkels, …;
- gedachten en gevoelens? Bijvoorbeeld: verontwaardiging, angst, verdriet, verwarring, schaamte, …;
- lichamelijke gewaarwordingen? Bijvoorbeeld: hartkloppingen, warm gevoel, trillen/beven, versnelde ademhaling, gespannen gevoel in de buik, zweten, druk in mijn hoofd, …;
- gedragingen die die de persoon stelt net voor agressief te worden? Bijvoorbeeld: argumenten herhalen, beschuldigen, strakke blik, vuisten ballen, zichzelf ‘groot’ maken, onrustig bewegen, ruwer omgaan met spullen, stem verheffen, ...;
Stap 2: Tracht bij de gedachten en gevoelens te achterhalen waar ze vandaan komen
- Welke automatische gedachten, gevoelens en/of gedragingen zijn er ontstaan in de relatie met de ander die hieraan bijdragen?
- Kloppen mijn gedachten wel? Heb ik wel alle informatie?
- Welke behoefte of welk verlangen zit er achter mijn gevoel?
Zo leer je de persoon om de eigen gedachten en gevoelens serieus te nemen en de achterliggende behoefte te onderzoeken. Zo worden die gevoelens en gedachten een bron van informatie en wordt het makkelijker om alternatieve gedragingen te zoeken om aan de behoefte tegemoet te komen.
Stap 3: Ga samen na welke lichamelijke en gedragsmatige signalen de persoon het makkelijkst kan herkennen om zich bewust te worden van gevoelens en gedachten
Waar zal de betrokkene in de toekomst vooral op letten?
Stap 4: Bespreek gedragsalternatieven die de persoon kan inzetten bij het opkomen van deze signalen en de hulp die de persoon hierbij kan gebruiken
Je komt het vertellen als je het moeilijk hebt.
Je organiseert een vorm van time-out voor jezelf door bijvoorbeeld:
- in jezelf tot tien te tellen;
- jezelf spiertje voor spiertje te ontspannen;
- je aandacht bewust op iets anders en liefst op jezelf te richten. Benoem in jezelf bijvoorbeeld vijf dingen die je ziet in de ruimte, vervolgens vier geluiden die je hoort, dan drie dingen die je denkt en voelt, twee dingen die je nu echt nodig hebt en wat je heel graag wilt. Zo verschuif je je aandacht geleidelijk naar de essentie voor jezelf;
- de situatie te verlaten, desnoods met een excuus: even iets drinken, naar de wc, …
Je doet een activiteit die jou tot rust brengt. Bijvoorbeeld muziek luisteren, even wandelen, een bad nemen, een vriend bellen, gamen, … .
Bekijk hier een aantal getuigenissen over wat mensen tot rust brengt:
Stap 5: Zet de belangrijkste gegevens en afspraken op papier, ter geheugensteun en opvolging