Met specifieke tips kan je gewenst gedrag stimuleren. Dergelijke tips zijn bijvoorbeeld: voorspelbaarheid creëren, opmerkingen positief herformuleren, effectieve opdrachten en instructies geven, inseinen, constructief in overleg gaan, gewenst gedrag bekrachtigen en nieuwe vaardigheden aanleren. Op die manier werk je aan een positief en veilig klimaat. Kom in wat volgt meer over deze tips te weten.
Om gewenst gedrag te kunnen stimuleren, is het van belang om ook de situatie rond het gedrag beter te begrijpen. Neem steeds je tijd om de situatie te doorgronden. Maak daarbij een onderscheid tussen het gedrag zelf, wat eraan voorafgaat en wat de gevolgen zijn. Zo stem je je handelen beter af.
In wat volgt worden specifieke tips in detail beschreven. Ze zijn echter pas effectief als je ze inzet binnen een positief en veilig klimaat.
Zorg voor een zekere routine in je activiteiten en structureer overgangsmomenten tussen de activiteiten. Want hier loopt het vaak mis. Bied je te weinig structuur, dan kan er onrust en verveling ontstaan. Bijgevolg wordt je doelgroep stuurloos omdat ze de verwachtingen niet kennen.
Maak duidelijk wat je verwacht en wat je wil bereiken. Focus op het gewenste gedrag in plaats van het ongewenste gedrag. Zo weet de ander in een keer welk gedrag hij beter vermijdt en wat je wel verwacht. Zeg bijvoorbeeld:
Als je een opdracht geeft, ga je ervan uit dat de ander weet hoe hij die moet uitvoeren. Soms heeft de ander echter een nieuwe vaardigheid nodig voor hij de opdracht kan uitvoeren. Geef dan instructies, doe het zelf voor en laat de ander een aantal keer oefenen. Met volgende stappen geef je op een doeltreffende manier een opdracht:
Wil je daar instructie en wat inoefenen aan toevoegen? Volg dan deze stappen:
Geef bijvoorbeeld een goedkeurende knipoog bij gewenst gedrag of schraap je keel bij ongewenst gedrag.
Zet daarbij volgende stappen:
Zorg dat je vijf keer meer reageert op wat iemand goed doet, dan dat je reageert op ongewenst gedrag. Voor elke opmerking staan dus vijf complimenten. Dan is het effect van de bekrachtiging het grootst. Het gaat hier om sociale bekrachtiging. Dat is positieve aandacht geven door iemand aan te moedigen, te prijzen, te complimenteren of positieve feedback te geven. Let daarbij op volgende punten:
Gebruik sturende feedback als iemand tegelijk gewenst en ongewenst gedrag laat zien. Hierbij focus je samen op wat er wel nog goed gaat. Je reageert dus enkel op het gepast (deel)gedrag. Je negeert het ongewenste gedrag en bekrachtigt tegelijkertijd wat wel goed gaat. Op die manier zet het gewenste gedrag zich verder en stopt het ongewenste gedrag. Je zegt bijvoorbeeld: “Knap Johan, dat je nu even weggaat uit het conflict om te kunnen bedaren”, terwijl de jongen al schoppend tegen de stoelen weg stapt uit het conflict waar hij vroeger op de vuist zou zijn gegaan. Je geeft hierbij bewust geen commentaar op zijn schoppen.
Met een kort en krachtige corrigerende instructie kan je gewenst gedrag aanleren op momenten dat er sprake is van ongepast gedrag. Volg deze stappen:
Herhaal de drie laatste stappen als de persoon volhardt in het ongewenste gedrag.
Gedragsverandering verloopt met vallen en opstaan. Volhouden is daarom belangrijk. Oefening en coaching op de werkvloer en regelmatige nabespreking zijn dan ook sterk aan te bevelen.
Ondersteuning is zeker nodig wanneer er meerdere groepsleden zijn die vaak storend gedrag vertonen. Dan bestaat immers het risico dat er meer aandacht gaat naar het beheersen van ongewenst gedrag dan naar het stimuleren van gewenst en gepast gedrag.